Standpunt aanvullend rechtsherstel box 3

n het nieuwsbericht, dat het ministerie van Financiën heeft gepubliceerd naar aanleiding van het Belastingplan 2025, staat ook een standpunt over aanvullend rechtsherstel in box 3. Dit standpunt is ingenomen naar aanleiding van de arresten van de Hoge Raad van 6 juni 2024. De Hoge Raad heeft in deze arresten aangegeven dat voor het bepalen van het werkelijke rendement het gehele vermogen zonder aftrek van het heffingvrije vermogen van de belastingplichtige in box 3 moet worden meegenomen. Het rendement betreft zowel het directe als het indirecte rendement. Het kabinet volgt deze definitie van het werkelijke rendement.

Alle belastingplichtigen, aan wie na het Kerstarrest van 24 december 2021 een aanslag is of wordt opgelegd, kunnen het formulier opgaaf werkelijk rendement invullen als hun werkelijke rendement lager was dan het forfaitaire rendement. Voor zover de aanslag betrekking heeft op 2019 dient u er rekening mee te houden dat de vijfjaarstermijn voor een verzoek om ambtshalve vermindering van de aanslag op 31 december van dit jaar verstrijkt. Voor zover de aanslag betrekking heeft op 2020 verstrijkt de termijn ultimo 2025. Voor aanslagen van de jaren 2017 en 2018 geldt dat een verzoek om ambtshalve vermindering al had moeten zijn ingediend om gebruik te kunnen maken van het formulier.