Een ondernemer heeft nagelaten aangifte inkomstenbelasting te doen, waarna de inspecteur het inkomen heeft vastgesteld en een aanslag met boete heeft opgelegd. De ondernemer beweert geen fiscale post te hebben ontvangen en stelt dat het geschatte inkomen te hoog is. Hij probeert op deze manier onder de aanslag inkomstenbelasting uit te komen. Lukt dit?
De belastingplichtige is ondernemer voor zowel de btw als de inkomstenbelasting. Hij beweert dat zijn boekhouder zonder toestemming het toezendadres heeft gewijzigd, waardoor het verzoek tot het doen van aangifte, de herinnering en de aanmaning hem niet hebben bereikt. Hierdoor kan volgens de ondernemer de bewijslast niet worden omgekeerd en is de boete onterecht opgelegd. Als een belastingplichtige na herhaald verzoek van de inspecteur geen aangifte indient, mag de inspecteur het inkomen schatten. In deze casus stelt de ondernemer dat het geschatte inkomen van € 19.000 te hoog is. De omzet bedroeg volgens de ondernemer € 9.769 en het totaal van de kosten € 8.775. Het verschil zou als resultaat uit overige werkzaamheden moeten worden belast in box 1 van de inkomstenbelasting.
De inspecteur stelt dat alle post naar het juiste verzendadres is gestuurd, omdat van de ondernemer geen woonadres bekend was. Uit de reactie op een brief van de inspecteur blijkt dat het verzendadres juist is en dat de aanmaning de ondernemer moet hebben bereikt. Verder legt de Belastingdienst alleen een verzendadres vast als hiervoor een schriftelijke machtiging is overlegd. De inspecteur benadrukt dat de ondernemer niet samenwoonde en dat de banktegoeden in 2019 slechts met € 30 zijn afgenomen, wat betekent dat er inkomen moet zijn geweest. Het summiere kasboek, dat na de aanslag door de ondernemer is overgelegd, betrof slechts vier maanden en kan volgens de inspecteur niet volledig zijn geweest. Ten slotte is het geschatte inkomen van € 19.000 gebaseerd op de door de ondernemer opgegeven omzet in de btw-aangiften, waardoor sprake is van een reële schatting, aldus de inspecteur.
De rechtbank oordeelt dat de ondernemer de boekhouder heeft betaald voor het verzorgen van de administratie. Uit de stukken blijkt namelijk dat de boekhouder de administratie voerde, btw-aangifte deed, uitstel voor de inkomstenbelasting aanvroeg en een verzoek tot toepassing van de kleineondernemersregeling voor de btw heeft ingediend. Hierdoor staat vast dat de aanmaning de ondernemer moet hebben bereikt en dat de inspecteur gerechtigd was het inkomen te schatten. Aangezien de ondernemer de aangifte inkomstenbelasting niet binnen de gestelde termijn heeft ingediend, moet hij overtuigend aantonen dat het inkomen anders is dan geschat door de inspecteur. Daarnaast heeft hij de omzet binnen de btw zelf aangegeven. De rechtbank oordeelt derhalve dat de ondernemer niet overtuigend heeft aangetoond hoe hij in zijn levensonderhoud heeft kunnen voorzien en oordeelt dat de inspecteur het inkomen reëel heeft geschat.
Vanuit een visie waarbij u als ondernemer centraal staat verzorgen wij heldere en kostenefficiënte advisering. Advisering van hoge kwaliteit met persoonlijke aandacht!
Voorkom beslissingen die op de lange termijn de verkeerde blijken
Belastingvoordeel, waar ligt het voor het oprapen?
Ontdek je kansen en pak je voordeel
Wij zijn gevestigd in Alkmaar,
Purmerend, Haarlem en
Noordwijkerhout.
© 2024, TEKZ Belastingadviseurs
Realisatie door Bureau BADE